Aarzel je wel eens om de hulp van een collega te accepteren bij een project waar veel op het spel staat? Misschien twijfelde je of die wel voldoende kwaliteit zou leveren of was je bang dat een deel van het werk niet op tijd af zou zijn.
Of voel je je vaak terughoudend om belangrijke details van je vorige werk te delen tijdens sollicitatiegesprekken? Onder druk voelen en denken we soms anders. Wantrouwen tegenover anderen kan hiervan een gevolg zijn.
Waar komt dit vandaan?
Onze dagelijkse twijfels en argwaan zijn heel normaal. Wantrouwen is immers een overlevingsinstinct dat ons helpt onnodige risico’s te vermijden!
Factoren die ons gevoel van vertrouwen in het dagelijks leven beïnvloeden:
- Hoe bekend we zijn met bepaalde mensen of situaties?
- Onze persoonlijkheid.
- Hoe zeker we zijn van specifieke informatie of feiten?
Een goed voorbeeld van wat er gebeurt wanneer een van deze factoren verandert, is tijdens een bezoek aan een vreemd land. Je bent niet bekend met de omgeving of de mensen om je heen, dus het is begrijpelijk dat je je dan wat ongemakkelijk voelt (en misschien je tas wat strakker tegen je aandrukt).
Andere signalen van wantrouwen:
- Twijfelen aan jezelf.
- Vermijdend gedrag (bijvoorbeeld door situaties of mensen te vermijden).
- Terugtrekken en jezelf isoleren (door je niet open te stellen voor anderen).
- Twijfelen aan oprechtheid of motieven van anderen.
Maar wat zijn nu precies de interne factoren die ons vertrouwen kunnen ondermijnen?
Waarom we anderen minder vertrouwen als we stress ervaren
We vinden het over het algemeen moeilijker om anderen te vertrouwen als we onder druk staan. Dit blijkt alles te maken te hebben met onze hersenchemie. Je hersenen produceren voortdurend hormonen, waaronder oxytocine.
In een neurologische studie kreeg een groep deelnemers een dosis synthetische oxytocine en een andere groep een placebo. Vervolgens werd gekeken naar hun ‘vertrouwensgedrag’ en specifiek naar hoeveel geld ze aan een vreemde zouden geven. Hierbij gaven de deelnemers die een hoger niveau van oxytocine kregen (24 IU) meer dan twee keer zoveel geld.
Redelijkerwijs kunnen we dus concluderen dat oxytocine is gelinkt aan vertrouwensgedrag. Omdat een hoog stressniveau het effect van oxytocine aanzienlijk kan beïnvloeden, is het logisch dat we over het algemeen wantrouwiger worden.
De meeste mensen realiseren zich al dat ze minder effectief communiceren met anderen wanneer ze gespannen zijn. Omdat nog niet iedereen die link kan leggen heb ik de Stresskaart ‘Wantrouwen naar anderen’ ontwikkeld. Bij deze stresskaart heb ik ook onderstaande tips voor je gevonden.
Drie tips om wantrouwen te managen
Beseffen dat je geen (rationele) reden hebt om anderen te wantrouwen, is een goed begin om deze stressreactie te overwinnen. Hier zijn drie dingen die je kunt doen wanneer dit gebeurt.
1. Valideer je gevoelens
Als je het moeilijk vindt om anderen te vertrouwen, kan het helpen om je gevoelens te erkennen en te onderzoeken waarom je iemand niet vertrouwt. Misschien zijn je redenen niet helemaal logisch en hebben ze geen feitelijke basis.
Deze oefening kan je helpen beseffen dat jij de controle hebt over jouw vertrouwen en dat het aan jou is of je paranoia, twijfel en achterdocht jouw gedrag laat dicteren.
Enkele tips om je hierbij te helpen:
- Vraag jezelf af: “Wat kunnen anderen doen om mijn vertrouwen in hun te vergroten?” Hoewel hun acties niet helemaal binnen jouw controle liggen, kan alleen al het denken hierover je wat perspectief geven.
- Overweeg om je gedachten in een dagboek op te schrijven. Dit kan je helpen eventuele cognitieve of emotionele trends te achterhalen en je gevoelens op een constructieve manier te uiten.
2. Verander je mindset
Wanneer je hoofd vol zit met redenen waarom je anderen niet zou moeten vertrouwen, is het vaak een goed idee om bewust ook de andere kant van de medaille te bekijken. Om redenen te bedenken waarom je deze persoon juist wél kunt vertrouwen.
Waarom vertrouwen anderen hen?
Wat gebeurde er toen je hen in het verleden vertrouwde?
De mindfulnessoefening Unicorn Sliding Down A Rainbow kan hierbij helpen. Deze oefening houdt in dat je bewust probeert om het beste in de ander te zien; hun ‘innerlijke eenhoorn’. In plaats van te denken aan redenen waarom je hen niet zou kunnen vertrouwen, overweeg je het volgende: “wat maakt hen magisch, interessant of bijzonder?”
Door te proberen de ‘eenhoornkwaliteiten’ van anderen te identificeren, verleg je de focus naar de andere persoon en word je je meer bewust van hun positieve eigenschappen. Het is een effectieve manier om minder aan jouw wantrouwen te denken en je te concentreren op hun goede kant.
3. Verhoog je oxytocineniveau
Zoals eerder beschreven toont onderzoek aan dat oxytocine een belangrijke rol speelt bij sociale hechting, verbondenheid en vertrouwensgedrag.
Je kunt je oxytocineniveau verhogen door mindfulness te beoefenen. Dit betekent dat je meer aanwezig bent in het huidige moment en het hier-en-nu observeert, zonder dat je aannames de overhand krijgen.
Enkele suggesties om meer mindful te zijn:
- Luister naar kalmerende muziek of zing mee met je favoriete liedje.
- Omhels iemand die je dierbaar is; positief fysiek contact is een andere manier om je hersenchemie positief te beïnvloeden.
- Beweeg; maak een wandeling in de natuur of doe een sport die je leuk vindt.